De aanpak van blaasproblemen bij MS is afhankelijk van de oorzaak. Er zijn drie soorten problemen te onderscheiden:
- overmatige aandrang (urge-incontinentie)
- het lekken van urine bij lichamelijke belasting (stressincontinentie)
- en retentieklachten (er blijft urine in de blaas zitten).
Bij urge- en stressincontinentie kunt je medicijnen gebruiken die de overmatige aandrang wat afremmen. Je kunt ook incontinentiematerialen overwegen voor meer zekerheid. Daarnaast is het mogelijk om ’s nachts de productie van urine af te remmen met hormonen, zoals het antidiuretisch hormoon. Een fysiotherapeut kan je helpen door je oefeningen te geven voor de bekkenbodemspieren, waardoor je een betere controle krijgt over je sluitspieren. Dit geldt vooral voor vrouwen die ooit een vaginale bevalling hebben gehad.
De behandeling van retentieklachten (het niet volledig leeg kunnen plassen van de blaas) bij MS is lastiger. Doordat er urine in de blaas achterblijft, neemt de kans op blaasontstekingen toe. Wanneer de achterblijvende urine zich teveel ophoopt, dan is het soms nodig om de blaas één of meer malen per dag te legen via een katheter. Een bezoek aan een uroloog geeft vaak meer duidelijkheid en kan veel leed verminderen of zelfs voorkomen.